Koffie, kreeft en heel veel muggen - Reisverslag uit Santa Marta, Colombia van watetenwevandaag - WaarBenJij.nu Koffie, kreeft en heel veel muggen - Reisverslag uit Santa Marta, Colombia van watetenwevandaag - WaarBenJij.nu

Koffie, kreeft en heel veel muggen

Blijf op de hoogte en volg

09 Augustus 2017 | Colombia, Santa Marta


Tussen Bogotá en Medellin doen we nog een paar dagen Salento aan, het is er werkelijkwaar prachtig. En in het centrum van de koffiezone vinden we een aantal top souvenirs, maar dat verhaal bewaren voor bij de uitreiking.

Vervolgens Medellin, de gevreesde hoofdstad van het narcotica geweld van Pablo Escobar, de stad die we in eerste instantie zelfs wilde overslaan!
We komen na een lange zit op het busstation aan, het is al donker en we besluiten uit voorzorg een taxi te nemen. Francisca heeft een super hostel geboekt met uitzicht over de stad, de recensies staan vol met superlatieven. Aldaar aangekomen blijken we achter slot en grendel te zitten met het halve gekkenhuis. De foto’s waren duidelijk geshopt en zowel de medewerkers als menig andere gast zit danwel aan de legale drugs danwel illegale… gelukkig hebben we een eigen kamer (Jorts kamer op de Paramaribo is er ruim bij) en hele goede wifi. Een mooi moment om het thuisfront gerust te bellen.

De volgende dag worden we al vroeg gewekt door het opstijgen van vliegtuigen, we zitten onder de route van het regionale vliegveld. We besluiten op te splitsen, Wiets en Cis gaan vandaag de rots van Guatapé beklimmen en Urs en Jort laten zich met een skigondel boven de stad uit reizen. Beide komen eind vd middag terug met nog meer superlatieven en ongeshopte foto's. Zowel het uitzicht over de stad als het merengebied buiten de stad zijn fenomenaal. Daarnaast heeft de stad ook een super vibe, de mensen zijn super aardig en behulpzaam. Het is wel raar om te beseffen dat veel van de volwassen die je tegen komt mee hebben gedaan aan het extreme drugsgeweld. Misschien is het juist daarom dat we juist nu zo goed behandeld worden…
Urs en Jort hebben op het nippertje nog een voedselvergiftiging weten te voorkomen, de vis met de lunch was verre van vers. We besluiten daarom om voor het diner op safe te gaan en zelf te koken. We draaien een pasta met heerlijk veel groenten inelkaar. Ook hebben we voor het eerst in tijden een soort volkorenbrood gevonden dat met gezouten boter een prima bijgerecht is. Met een volle buik is het toch lekker slapen op 3 vierkante meter.

Onze laatste dag in Medellin pakken we de taxi naar Communa 13, een soort Colombiaanse favela. Tot voorkort was dit nog een no-go area voor de politie. De straatbendes waren hier de baas, totdat iemand het geniale plan had om de wijk te ontsluiten met roltrappen. De armste en hoger gelegen huizen hadden nu ook direct toegang tot het centrum en de toeristen in omgekeerde richting. Ook al begreep de taxi chauffeur er niets van hij bracht ons als een ware tourguide naar de eerste roltrap, alles onderweg werd aangewezen en geduid. Bovenaan de roltrappen was volgens hem niets te zien dan meer huizen, wel moesten we niet te ver de wijk in lopen want daar was de FARC en ELN nog actief. En als wijkbewoner kon hij dat weten…. De uitzichten en graffiti waren wederom prachtig! Ook deed menig lokaal zeer zijn best om onder de armoede grens uit te komen, van schilderkunst tot de heerlijkste verse sappen. Wat een ervaring en snel voor het donker weer naar beneden!

Op naar het vliegveld, op naar de Caribische kust! Na een stevige onderhandeling met de taxichauffeur (waarbij we in- en ook weer uitstappen, een befaamde onderhandelingstechniek) worden we het eens over de prijs en gaan we richting Medellin international AirPort. Omdat we met de Colombiaanse versie van RyanAir vliegen zijn we een beetje bang voor alle tasgewichten en -maten, maar gelukkig! Met 19,8 kilo zit Jort het dichtst bij de 20 kilo dus mogen we allemaal zonder problemen mee. Eenmaal in het vliegtuig zitten we verspreid over verschillende rijen, het kost namelijk meer om naast elkaar te zitten. Jort maakt vrienden voor het leven met een familie uit Medellin en zit lekker te kletsen. Tijdens de vlucht is er een beetje turbulentie maar al met al loopt alles soepel tot de piloot een mededeling doet. Het waait. En het waait in Santa Marta zó hard dat hij niet weet of hij kan en mag landen. Maar geen nood, dan gaan we gewoon naar Cartagena. Stomverbaasde hoofden overal, zei hij dat nou écht? Als hij het nog een keer in gebroken Engels herhaald lijkt het er op dat ons zorgvuldig uitgestippelde plan wel eens heel anders zou kunnen lopen. Na een half uur cirkelen boven Santa Marta maakt het vliegtuig een scherpe bocht en gaan we dalen. Iedereen zit elkaar een beetje aan te kijken en te wachten op nieuws. Maar dan komt het verlossende woord, we gaan naar Santa Marta! Jeeeej! Ik heb nog nooit een vliegtuig vol mensen zo hard horen klappen na de landing. Die avond krijg ik in de taxi naar het hostel pittige hoofdpijn en zorgen de andere drie dat ik in een bed terecht kom. Hierdoor besluiten we een dag langer te blijven in Santa Marta. We zitten in een heerlijk hostel met chill zwembad, hangmatten en airco op de kamers. Al met al geen straf en we hangen de hele dag lekker in de zon met een boekje. Welkom in de Carribean! Nu we er toch zijn wilden we heel graag naar een restaurant waar we goede verhalen over hadden gehoord. De natuur en vooral de mensen in Colombia zijn fantastisch maar het eten houdt niet over. Werkelijk álles wordt gefrituurd en met een beetje mazzel heb je drie soorten koolhydraten op je bord bij wijze van groente. Bij thuiskomst kan iedereen even geen pollo con arroz meer zien en restaurant Ouzo belooft nu een welkome afwisseling te zijn. Aangekomen in Santa Marta blijkt er een groot festival gaande waarbij iedereen (schaars) verkleed gaat. Overal muziek en mooie mensen dus de avond begint goed. Bij Ouzo krijgen we werkelijk een feestmaal! Grieks x Italiaans x Colombiaans. Héérlijk! Viskroketjes met meer vis dan kroket, knapperig verse calamari in passievrucht en chili salsa, Italiaanse bruschetta en gegrilde octopus... En dat waren alleen nog maar de voorafjes ;) Af en toe mag je jezelf verwennen, toch? Maar ja toen kwam de rekening. Oeps. Hadden wij er even niet op gerekend dat de rum bij de koffie even duur was als de voorgerechten! Cis en Urs hebben Wiets en Jort achtergelaten als onderpand en hebben een taxi gepakt richting hostel. Na een minuut in de taxi ging gelukkig het lampje branden dat we én geen geld hadden meegenomen én de sleutel van de kluis waar de pot in lag niet bij ons hadden. Dubbel oeps. Gierend van de lach uitgestapt en terug gelopen waar we halverwege een Jort in paniek tegenkwamen met geld én sleutel. Poging twee verliep gelukkig beter. Met Ray Charles als taxichauffeur (compleet met zonnebril en heen-en-weer-zwaai hoofd) zijn we op en neer gegaan naar het hostel en konden we netjes de rekening betalen. Ach. Het was in ieder geval heel erg lekker!

De volgende dag zijn we in alle vroegte op weg gegaan richting Punta Gallinas. Het meest noordelijke punt van Zuid-Amerika bevindt zich in Colombia, midden in een woestijn die eindigt in zee. Het schijnt een van de mooiste plekken van de wereld te zijn die tot voor kort te gevaarlijk was om te bezoeken. Er is nog weinig toerisme en daarom weinig gebaande paden, op avontuur dus! In de bus richting Quattro Via (code voor kruispunt in the middle of nowhere) raakten we aan de praat met Andrés, zijn moeder Doris en zijn vriend Kramer. Andrés en Kramer wonen in Peking en reizen nu met de moeder van Andrés door Colombia om Kramer het land te laten zien. Zij hadden een jeep geregeld die ze op kwam halen bij Quattro Via en hadden nog vier lege plekken.. Kwam dat even top uit! Voor een perfecte prijs vervoer kunnen regelen van Quattro Via naar een klein dorpje in de woestijn én gezellige reisgenoten op de kop getikt! Bij het uitstappen bij Quattro Via knalde de hitte ons al recht in het gezicht. Je leert heeeeel snel zonnebrand (factor veel) te smeren en je petje op te houden. We gaan vandaag met de jeep naar Cabo de la Vela en slapen daar zodat we morgen op en neer naar Punta Gallinas kunnen. Bagage bovenop de jeep gesnoerd en iedereen in de jeep ge-tetrist kunnen we op pad. In een van de laatste dorpjes stoppen we om water te kopen. We hadden al 4 liter maar Jort staat vol trots met twee enorme jerrycans van 6 liter per stuk bij de kassa, waarop de gids ons meewarend aankijkt en er op staat dat er drie gekocht worden. Dat is 22 liter water voor maximaal 36 uur.. We zijn gewaarschuwd.

Met een koud biertje voor iedereen van mama Doris (fantastisch idee om alcohol te drinken met 47 graden..) gaan we op pad. Gauw nadat we het stadje uitrijden laten we de geasfalteerde weg achter ons en begrijpen we waarom 4WD een must is. Wat een landschap! Dwars door het droge zand rijden we recht op een enorm meer af. Het is zó heet dat je de damp er af ziet slaan maar het is een prachtig gezicht dat water flonkerend in de zon. De gids legt uit dat we er recht door heen kunnen rijden maar dat er dan een kans is dat we de jeep dan een stukje moeten duwen of dat we er omheen kunnen maar dat dat een uur om is. Andrés kijkt wat benauwd naar z'n gloednieuwe stappers maar die Hollanders op de achterbank hebben al blij ingestemd dwars door de blubber te crossen. We rijden er recht op af en de gids begint hard te lachen. We zijn er, zoals waarschijnlijk alle toeristen, met open ogen ingetuind. Hoe dichter bij je komt, hoe verder weg 'het meer' is.. En zo dames en heren, zo ziet een Fata Morgana er dus uit. Wauw. Het was écht water. Of zo leek het tenminste. Welkom in de woestijn! We rijden dwars door okergeel en ontzettend droog niemandsland met hier en daar een dood dier en een dorre boom. Hoe Elio, onze gids, hier de weg weet mag de goeie god weten. Halverwege stopt hij om iets onder de motorkap te checken (WAT?!?) waarop we uitstappen om wat foto's te maken. Ik herhaal; smeren met factor veel en petje OP houden. Holy smackers wat een hitte. Na een paar minuten zijn we dankbaar dat de auto blijkbaar verder kan en vluchten we terug de airco in. Na een paar uur komen we aan in Cabo de la Vela. Aantal straten: 2. Aantal mensen op straat: 12. Aantal hangmatje aan het strand met onze namen er op: 4. We bergen onze rugzakken op achter slot en grendel en lunchen bij de mensen in wiens huis we verblijven.

Het Wayu volk leeft hier en zwaait de scepter. Het mag de eigen regels en wetgeving aanhouden en mag als enige vrij over de grens met Venezuela bewegen. Dit laatste resulteert in veel smokkelwaar, met name ontzettend goedkope benzine. Punt is dat je géén idee hebt wat er verder in die benzine is gedaan, iets waar we nog achter zullen komen. De Wayu leven van de paar toeristen die hier komen, visserij en prachtige weefkunst maar zijn vooral een erg arm volk. Er sterven hier nog steeds kinderen van de dorst. Kinderen worden door de woestijn heen ingezet om voor de jeeps touwtjes op te trekken; het idee is dat de jeep stopt en iets aan eten of water geeft. Iets wat lang niet altijd gebeurt. Als er kindjes naar je auto toe rennen en roepen om 'agua, agua, agua' word je wel heel hard geconfronteerd met hoe verdomd goed we het toch hebben in Nederland.

Die middag gaan we naar een strand in de buurt om te zwemmen en de zonsondergang te zien. Wederom dwars door de woestijn met een af en toe rammelende jeep. De jeep is sowieso wat bijzonder komen we langzaam achter. Zo is de laadklep de enige deur die van buitenaf open kan, dat is dus de weg waar langs de chauffeur naar binnen kruipt en de andere deuren open doet. De achterste achterbank is duidelijk niet gemaakt op Nederlandse beenlengte waardoor Wiets, Cis en ik nu nog beurse knietjes hebben. Er gaat ook Venezolaanse benzine in onze jeep wat er voor zorgt dat twee keer per dag ergens in de auto iets heel hard knalt waarna de jeep al dan niet aan de kant wordt gezet. Daarnaast is het nodig de olie dagelijks aan te vullen en blijkt de vering al wat stootjes gehad te hebben. We hebben tijdens onze twee dagen met de Jeep vier keer stil gestaan met wisselend zenuwachtige chauffeurshoofden. Aangezien we weinig andere opties hadden hebben we gezamenlijk maar besloten dat het allemaal deel van het avontuur was. En een prachtig avontuur was het! Die middag hebben we gezwommen te midden van een grote zwerm duikende pelikanen en hebben we daarna op de berg naar een magisch mooie zonsondergang zitten kijken. We hebben de zon zien zakken in de zee, en hoe! ;) Wiets kan met haar nieuwe telefoon prachtige foto's maken dus daar vallen we jullie zeker nog ns mee lastig. Bij thuiskomst stond er een feestmaal te wachten op onze hongerige buikjes! Kreeft! Natuurlijk, waarom ook niet. Ze worden hier gevangen bij de vleet en de Wayu zijn er achter dat die maffe toeristen maar wat graag wat meer betalen (lees €3,50 in plaats van €3,-) voor die prikbeesten. Handig! (Maar vooral heerlijk!)

Na een dag zweten, op en neer bonken in de jeep, zweten, zwemmen in de zee en nog meer zweten wilden we graag even douchen maar dát gaat niet in de woestijn. Wederom een behoorlijke confrontatie met de luxe die we gewend zijn. Jort en ik kwamen er achter dat je twee volwassenen namelijk volledig schoon kunt boenen én een wasje kunt draaien met één emmer water. Zullen we vast allebei nog wel eens bij stilstaan als we thuis weer achteloos de warme kraan opendraaien. Na alle vier gepoedeld te hebben duiken we ons hangmatje op het strand in. Er zijn slechtere uitzichten dan een verlaten strand voor een uitgestrekte lege zee met een prachtig heldere maan en sterrenhemel er boven.

De volgende ochtend vroeg vroeg op want we gaan richting Punta Gallinas! We ontbijten onderweg dus dat hoeft niet hier. De chauffeur komt om 5:15 dus om 5:10 staan we klaar. Als hij om 6:10 aan komt legt hij ons uit dat de genoemde tijd logischerwijs het moment is waarop hij van huis vertrekt. Sure. Snap ik op zich wel. Er zijn hier natuurlijk ook geen bruggen die open kunnen staan.

Op naar het ontbijt! Toch? De Wayu hebben al veel ontdekt over de voorkeuren van toeristen maar het feit dat je Hollanders (en met name Urs en Jort) binnen twee uur na wakker worden moet voeren is nog niet over gekomen. In een steeds heter wordende jeep zonder eten kregen we weinig mee van al het mooie niets om ons heen. Andres en Kramer delen twee broodjes met ons vier en daarop halen we het ontbijt om 10 uur met moeite. Met een vol buikje is de tocht toch een stuk mooier! Per boot steken we een mangrove rivier die naar zee stroomt over. Gele woestijnkliffen met blauw water en groene mangrovebomen langs de oever, zo'n bizar gezicht! Aan de overkant hebben we zelfs uitzicht op flamingo's. Maar het mooiste moet nog komen. In een andere jeep (YES!) rijden we langs het meest noordelijke puntje en een prachtig uitkijkpunt over de woestijn naar Punta Gallinas. Onder aan een enorme zandduin stappen we uit. Alsof we in Lawrence of Arabia figureren klimmen we door het gele losse zand omhoog. Blote voetjes = doorlopen! Overal om je heen gele woestijnduinen en heel veel wind maar het uitzicht bovenop is fe-no-me-naal! Aan je ene kant woestijn zover je kunt zien, aan de andere kant juist de Caribische zee zover het oog reikt. Bij goed zicht kan je Aruba zien liggen! Een vrij surrealistische combinatie. Alle vier meteen naar beneden, naar 'het strand'. Jort met een doek om z'n hoofd à la Arafat tegen de hitte. Daar beneden hebben we het allemaal maar gewoon even zitten bekijken. Lekker de zee in, wel oppassen dat je niet meegetrokken wordt door de heftige stroming. En op het woestijnzand even uitpuffen. Ook hier een paar prachtige kiekjes geschoten! Vooral het filmpje waarin Jort en Cis van boven het duin naar beneden de zee in rollen is goud.

Na een uur is het genoeg geweest. Op naar de lunch. Het is ook zó warm! De zon staat nu recht boven ons zodat we helemaal geen eigen schaduw meer zien als we rechtop staan, heel maf. Vanaf dat punt begint de pittige terugreis naar Cabo de la Vela. Iedereen is moe, bezweet, vies van de zee en verhit. Geen ideaal moment voor de chauffeur om twee extra mensen mee terug te willen nemen. Want hoe lief hij ook blijft lachen, tien mensen in een jeep voor zes man is toch écht te krap. Nadat ze zelf ook zien dat dat erg kut zit met z'n tienen willen de laatste twee wel op het dak. Ieder z'n ding. Ik was het op dat moment overal wel mee eens. De twee jerrycans van 6 liter die we vandaag hadden meegenomen gingen goed hard en we moesten nog een stukje. Na een knal, even stoppen, wat 'mierda' en 'puta' onder de motorkap konden we uiteindelijk in één keer door naar huis. Nog nooit zó blij geweest met een emmer water. Het was echt een waanzinnig mooie ervaring maar we zijn er helemaal klaar voor om morgen weer terug te gaan naar de bewoonde wereld met stromend water, elektriciteit, WiFi en vooral géén 48 graden Celsius.
Nadat we allemaal lekker hadden ge-emmerd hebben we in een restaurantje met Andres, Kramer en Doris gegeten. Kreeft. Want ja, als je er dan toch bent.. Do as the Romans do.

Inmiddels zijn we in Cartagena, hartstikke mooie stad en goed warm! Gelukkig heeft ons hostel een heerlijk zwembad. Na Punta Gallinas hebben we nog mooie avonturen beleefd langs de hele Caribische kust met vooral heel veel prachtige natuur maar daar vertellen we jullie volgende week graag zelf over. Nog twee nachtjes slapen en dan stappen wij op het vliegtuig! Heerlijk! Waren heel blij om op reis te gaan en nu weer net zo blij om naar huis te gaan :) Dus tot volgende week woensdag op Schiphol of daarna, we hebben genoeg foto's en verhalen voor de komende tijd.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Actief sinds 21 Juni 2017
Verslag gelezen: 1131
Totaal aantal bezoekers 5538

Voorgaande reizen:

14 Juni 2017 - 09 Augustus 2017

Peru, Ecuador en Colombiaaaa!

Landen bezocht: